Mijn doel voor deze halve marathon was onder de 1.50 uur te lopen. Verder was ik ook benieuwd of dit echt het snelle parcours is wat sommigen zeggen dat het is, voor een eventuele poging om mijn beste tijd aan te scherpen (1:31:05). Het is overigens ruim 4 jaar geleden dat ik mijn laatste halve marathon gelopen heb (Halve van Egmond in januari 2004).
Een PR lopen was natuurlijk niet aan de orde deze keer. Ik ben eenvoudigweg te zwaar om een poging te ondernemen. De vraag was ook, of ik een soortgelijke inspanning kon doen als mijn 10 mijl van vorige week zondag. Als ik die prestatie omreken naar de halve marathon, zou ik 1.47 uur hebben moeten lopen.
Enfin, bij de aankomst ging ik vanuit de voorkant van treinstation Rotterdam CS naar het Hofplein en vandaar naar het Albeda College. Wat een bouwput is het centrum van Rotterdam! Achteraf gezien had ik beter via de Blijdorpzijde van het station kunnen gaan, omdat dat veel korter lopen is (zo ben ik dus terug gegaan).
👆 In en rondom het Albeda College
Nadat ik me had omgekleed, ging ik eerst kijken naar de start van de elite-lopers en genodigden. Rond het Hofplein zaten wat mensen te genieten van een lekker zonnetje op een heerlijke nazomerdag.
👆 Zittend rond het Hofplein
De elite-lopers zagen er als altijd indrukwekkend uit. Vooral deze foto van de atleten die teruglopen naar de startlijn vind ik mooi.
👆 Naar de startlijn
Na het startschot was er zoveel te zien, dat ik de camera op snelschieten heb gezet. Je kunt aan de serie foto’s zien wanneer ik het startschot hoorde (camera schokte). Voor de volledige set foto’s kun je kijken op mijn Flickr pagina (zie Halve Marathon Rotterdam 2008).
Enfin, na deze start om 11.00 uur, moest ik mijn camera terugbrengen en mezelf voorbereiden voor mijn eigen wedstrijd, een halve marathon over twee ronden, die om tien voor twaalf van start zou gaan. Het viel niet mee om een stukje te vinden om lekker in te lopen. Toen ik achteraf terugging via de Blijdorpzijde van het Centraal Station, zag ik dat daar de mogelijkheden om in te lopen veel beter waren dan op de Weena en andere brede lanen aan de voorzijde van het Centraal Station.
Omdat ik wist dat het best warm zou worden (zeker met de wind in de rug), had ik mijn eigen drinken meegenomen. Ik had zaterdag twee flesjes eigen-merk sportdrank van een halve liter gekocht bij een supermarkt, waarvan ik mijn vier flesjes van mijn watergordel vulde. De rest dronk ik een kwartier voor de start in een keer op, zodat ik zeker geen dorst zou krijgen als ik bleef drinken.
Het startschot klonk… en we bleven staan. Na enkele seconden gingen we schuifelend naar de startlijn. Er waren gewoon te veel mensen om een snelle start mogelijk te maken. Eenmaal zo’n vijftien meter van de startlijn kon ik eindelijk wat dribbelen. Bij het passeren van de startlijn drukte ik mijn knopje in en de race was begonnen. Helaas moest ik in de eerste twee kilometers wat duwwerk toepassen, omdat er mensen waren die als Siamese tweelingen naast elkaar bleven lopen (in plaats van achter elkaar, zoals het hoort), met nauwelijks ruimte om te passeren, links of rechts. Gelukkig weet ik door mijn ervaring in drukke wedstrijden hoe je zoiets aanpakt zonder mensen al te boos te maken of te laten struikelen. Ferm, maar rechtvaardig zullen we maar denken.
Mijn plannetje om 5.15 minuten per km te lopen viel daarom een beetje in het water (5.18 en 5.17 voor kilometers 1 en 2). Pas bij km 3 kon ik het tempo aanhouden (5.13 per km) en in km 4 kon ik wat van de verloren tijd inhalen (5.02 per km). Toen km 5 in 5.08 minuten ging, wist ik al dat ik ruim onder de 1.50 uur zou kunnen duiken, als ik mijn hoofd erbij hield. De eerste vijf kilometer ging in 25.57 minuten.
Tot het keerpunt, net na km 5, hadden we grotendeels wind tegen gehad. Omdat ik nog fris was en wat traag gestart was, had dat niet veel invloed op het tempo. Dat zou in de tweede ronde wel anders zijn. Enfin, de wind achter scheelde een hoop verkoeling, maar ondanks dat kon ik het tempo gemiddeld rond de 5.09 minuten per km houden. En kilometeraanduiding 6 was echt verkeerd geplaatst, want ik deed 5.22 minuten over de zesde kilometer en maar 4.59 minuten over de zevende kilometer. De tweede vijf kilometer ging in 25.45 minuten.
Terug op de Coolsingel gingen we rond het keerpunt en meteen voelde ik dat ik wat stijf in de benen begon te worden. Het keren kostte me duidelijk kracht. Ook was het veld een beetje verder uit elkaar, zodat schuilen achter de massa mensen tegen de wind er niet meer bij was. Dat was ook te merken aan de tijd over de derde vijf kilometer, die 26.06 minuten was. De wind, vooral de windvlagen die ineens uit onverwachte hoek komt, maakt dit een lastig parcours. Verder is het door de brede wegen moeilijk om een schatting van je loopsnelheid te maken.
Na het keerpunt begon ik mijn krachten te verzamelen voor een snelle laatste vijf kilometer. Echter, dat werd eerder een snelle vier kilometer, omdat het licht oplopend vals plat en de vermoeidheid van de benen me parten speelden. Eenmaal weer bij de les, kon ik mijn eindspel inzetten. Kilometers 18 en 19 gingen in 9.49 minuten (ik heb het 18 km punt niet gezien, omdat het bij een sponspost was en ik had een spons nodig om mijn hoofd af te koelen), dus zeg maar 4.55 per km. Kilometer 20 ging nog sneller, in 4.50 minuten. De vierde vijf kilometer ging in 25.10 minuten.
Met nog ruim een kilometer voor de boeg deed ik er nog een schepje bovenop. Het zou en moest pijn doen, zodat ik kon zeggen dat ik alles gegeven heb (wat ook zo is) wat er nog in zat. Ik deed slechts 5.02 minuten over de laatste 1097,5 meter, wat neerkomt op 4.35 minuten per km.
Mijn handgeklokte tijd was 1.47.58 uur (11,72 km/u). De tijd per km was 5.07 ± 0.12 minuten (4 % standaardafwijking). Dat was ietsjes minder dan in Tilburg, maar zeker in dezelfde trant. Als het minder druk was geweest, had er wellicht een iets betere tijd in gezeten.
Het parcours is niet echt snel te noemen, omdat je in het begin last hebt van de mensenmassa (er was één startvak voor iedereen). Verder heb ik van iemand die er korter dan 1.30 uur over deed, dat de staart van het 10 km peleton tegen het eind van ronde twee echt in de weg loopt. Dit wordt alleen maar erger naarmate je sneller loopt.
Volgens mij kun je, als je niet tot de genodigde lopers behoort en een PR onder de 1.30 uur wilt neerzetten, beter ergens anders een wedstrijd zoeken. In Rotterdam zul je in elk geval heel veel problemen ondervinden door windvlagen en mensenmassa’s.
Verder is de speciale sfeer die je tijdens de marathon van Rotterdam hebt op dit evenement veel minder. In Tilburg kreeg ik bijvoorbeeld veel meer ondersteuning van het publiek. Misschien was dat omdat ik in de regen liep, maar in mijn herinnering bij vorige versies van de Tilburg Ten Miles juigen de mensen in de volksbuurt ten Noorden van de Havendijk veel luider en enthousiaster dan wat ik in Rotterdam mocht ervaren. Als je het zwaar hebt tijdens het lopen, is dit iets wat je er doorheen kan trekken.