Sorry voor het niet plaatsen van een stukje vorige week. Op de een of andere manier is het er niet van gekomen. In twee weken tijd mocht ik herstellen van de halve marathon in Breda en het was nodig. Na 14 dagen kon ik dan voorzichtig een vijf kilometer lopen in de Kievitloop, als test van vormbehoud. De test was denk ik wel geslaagd.
Twee weken trainen
Op dinsdag 9 oktober besloot ik om de stoute schoenen aan te doen en alvast te beginnen met weekomvang op te bouwen, terwijl ik nog erg stijf was van de Bredase Singelloop. Ik trainde met de langzaamste groep en deed de 1200-tjes in circa 6:40 min/1200 m (5:33 min/km), ruim een minuut per km langzamer dan een week eerder. Het afsluitende 600tje ging dan nog dik onder de 3 minuten (4:52 min/km). Langzaam voor mij, loodzwaar voor mijn trainingsmaatje.
Twee dagen later bleek dat ik meer rust nodig had en brak de training dus maar af. Het was ook ineens warm en benauwd.
Na drie volle rustdagen besloot ik op maandag een vaartspel in het bos te doen. Het viel me op dat het ineens zo makkelijk ging.
Een dag later, dinsdag kwam ik er achter dat ik nog niet hersteld was. Ik trainde relatief langzaam, maar tegen het eind van de training voelde ik stijfheid in mijn knie, wat later bleek te komen door stijfheid in de hamstring van mijn linkerbeen. Hoe dan ook, de kern bestond uit 4x 1200 m in gemiddeld 6:06/1200 m (5:05/km) en een 800 m in 3:38/800 m (4:32/km).
Na wederom een volle dag rust, ging ik op donderdag de baan op voor een korte intervaltraining. Dat was eigenlijk wel goed voor me, want ik hoefde me niet bijzonder in te houden voor wat ging komen in het weekend. Wel kampte ik met een lichte stijfheid in de hamstrings (te bespeuren via stijfheid in de kniepezen) en daarom ging een deel van de training wat rustiger. Toch wilde ik mijn snelheid testen voor een 5 km trimloop en daarom deed ik een paar (voor mij) snellere tempo’s.
De zwakte van zeven dagen eerder was compleet verdwenen, dankzij drie rustdagen in het eind van voorgaande week, wat (helaas) wel tot een kilootje extra lichaamsgewicht geleid had. Rust roest, blijkbaar.
De kern was twee series, 200 m pauze, 400 m seriepauze.
- 1e serie:
800 m in 3:44 min (4:20 min/km)
600 m in 2:45 min (4:35 min/km)
400 m in 1:35 min (3:57 min/km)
200 m in 43 s (3:37 min/km) - 2e serie:
800 m in 4:01 min (5:01 min/km)
600 m in 2:44 min (4:34 min/km)
400 m in 1:43 min (4:17 min/km)
200 m in 40 s (3:20 min/km)
Om de boel niet al te veel op de spits te drijven, nam ik weer veel rust na de intervaltraining op donderdag, twee volle dagen. Verder wilde ik de 5 km meer als een intensieve duurloop lopen, niet als wedstrijd of prestatieloop.
Kievitloop
Zoals gesteld, op zondag liep ik de 5 km van de Kievitloop op een sub-maximaal tempo. Het was weer erg druk op de weg en deze keer ook in het bos. Ik was daarom blij dat ik maar één ronde liep in dat “gekkenhuis”. In de laatste paar honderd meter was er een automobilist die danig in de weg reed. Ware het een wedstrijd geweest, dan had ik de auto ingehaald. Nu botvierde ik mijn frustratie maar op een bord dat half op de weg stond en waar ik niet langs kon, met twee auto’s naast elkaar stilstaand. Ik heb het bord “langzaam” maar om gemieterd, zodat ik er niet over struikelde.
Het viel me op dat ik naderhand geen last had van een stijve knie. Dat doet me bedenken dat ik wellicht meer tijd moet besteden aan het inlopen voorafgaand aan de kern van een baantraining. Het lijkt erop dat twee à drie kilometer (15 à 20 minuten) niet genoeg is voor mij.
Bedankt voor het lezen en loop ze!