Ik had mijn zinnen gezet op deze wedstrijd, om er een jaar-beste tijd neer te zetten (tot nu toe dan toch). In plaats van een wedstrijdvoorbereiding rustte ik op zaterdag, omdat ik toch nog niet voldoende hersteld was van de training van donderdag. De verwachting op basis van mijn wedstrijd in Papendrecht en de gunstige weersomstandigheden in Roosendaal was “laag in de 49 minuten” en “een minuut sneller als het goed ging tot de 6 km”.
Het was gezellig druk in het startvak en ik moest me een beetje door de mensen heen wurmen om een gunstige positie te hebben. Hierdoor kon ik vanaf het begin meteen het goede tempo pakken en dat gedurende de hele wedstrijd volhouden. Het zou een vlakke race worden.
Ik stond in het wedstrijdvak, met achter me de bedrijvenlopers, dan de prestatielopers sneller dan 50 minuten, gevolgd door de rest van de lopers. Natuurlijk stonden er ook lopers van de halve marathon. Er waren zelfs hazen ingezet door organiserende atletiekvereniging THOR, zowel voor de 10 km als de halve marathon. Voor de 10 km zag ik 45, 50, 55 en 60 minuten, als ik me goed herinner.
Ik voelde me fit en in staat om een goede tijd neer te zetten, gezien mijn verminderde vorm en overgewicht. Na het startschot ging ik er vandoor op het goede tempo, telkens mezelf aansluitend achter een groepje lopers, dan ze voorbij lopend, omdat ze het tempo lieten zakken (niet constant genoeg liepen). Ik probeerde het wel, maar op het tempo dat ik liep kon ik geen mensen vinden die een vlak tempo liepen, behalve ikzelf dan. Ik hoorde van een mede-Spadoër dat het ook het geval was bij een tempo van 10 km in 43 minuten. Dat zegt iets over hoe mensen zich voorbereiden, al weet ik niet wat.
foto gedownload van atletiekaktiefotos.nlHier en daar waren de straatstenen van de Roosendaalse bebouwde kom vervangen door asfalt, wat een welkome afwisseling was. Er was genoeg schaduw van de huizen en zelfs in de zon was het goed toeven voor hardlopers. Bij het passeren van de tunnel liet ik het water staan. Sponzen waren genoeg, want dorst had ik niet (ik had vooraf mijn dorst gelest). Gelukkig waren er voldoende extra verzorgingsposten, ook al had ik er zelf in de eerste 5 km geen behoefte aan.
Na de afsplitsing van de halve marathon en het keerpunt en de 5 km, wachtte ik vol smart op het 6 km punt. Ik had nu wel gedronken (wandelend, omdat ik toch voorsprong had op de tijd) en dan deed goed. Voor de rest was het alleen water op mijn hoofd gieten om koel te blijven. De 6 km kwam en nu kon ik beslissen om het gas erop te gooien. Ik besloot om het tempo vast te houden. Dat zou al zwaar genoeg worden.
Het bleek een verstandig besluit te zijn, want het leek een eeuwigheid te duren voordat kilometer 7 kwam. Dit is waar de 10 km zwaar wordt en waar je moet vertrouwen op je training. Het lukte, nèt. Sterker nog, ik liep er mijn snelste kilometer, naast de laatste kilometer, uiteraard. In kilometer acht zat wederom de tunnel (geen invloed op het tempo) en kilometer 9 was (net als in Papendrecht) waar ik wat inzakte. Met nog 1000 m te gaan, kon ik herpakken en zonder eindsprint de finish passeren.
foto gedownload van atletiekaktiefotos.nlDe sub-49 minuten was een flinke opsteker. Het was niet de 43 minuten van 2014, maar het gaat weer de goede kant op. Ik mag mijn training aanpassen naar 48 minuten op 10 km.
De cijfertjes
- km 1 t/m 5 in 24’16” (4:51 min/km) 4:50, 4:47, 4:49, 4:51, 4:59 min/km
- km 6 t/m 10 in 24’06” (4:49 min/km) 4:55, 4:43, 4:45, 5:01, 4:43 min/km
- 10 km in 48’22” (4:50 min/km)
- standaard deviatie in tempo is 6 s (2 % van gemiddelde tempo)
- officiële weersomstandigheden: 20,0º C, wind 14 km/u, 53% relatieve luchtvochtigheid
Bron: Garmin Connect
Bedankt voor het lezen en loop ze!