Eek! Ben ik wel goed genoeg, heb ik alles gedaan wat ik kon doen? Da’s de typische twijfel die je kunt hebben als je sinds lange tijd geen wedstrijden meer gelopen hebt. De vraag “Kan ik het nog?” komt onwillekeurig bij je op. De verleiding is groot om er dan toch nog een schepje bovenop te doen, om uit te sluiten dat het mis gaat.
Dan is het tijd om de feiten op een rij te zetten en je plan te vergelijken met de stand van zaken.
Feit: ik weeg 2 kg minder dan een week geleden en ik wil minstens 7 kg afvallen voor 3 oktober a.s. (dus nog 5 kg). Feit: ik kan 18 km hardlopen (inclusief 20 minuten wandelpauze) in pakweg 2 uur (ik deed dat op 24 juni, dus een week geleden). Om te finishen moet ik die afstand uitbreiden naar 21,1 km en daar heb ik nog 13 weken voor.
Pfew! Ik dacht even dat ik weer iets onmogelijks probeerde.
Waar ik wel voor moet waken is meer doen dan ik me voorgenomen heb. Als me strikt aan het plan houd, moet een gefinishte halve op 3 oktober mogelijk zijn. Als ik in de verleiding kom om meer te doen, dan –weet ik uit ervaring– gaat het meestal mis.
Nee, het plan is gemaakt. Het horloge gaat niet om op 3 oktober, want op tijd lopen is niet het plan. Finishen binnen de limiet is.
Een limiet die ik overigens niet kan vinden op de website. De langzaamste recreant loper vorig jaar had 2:23 uur op zijn naam staan. Als dat waar is, komt het enkel neer op het voltooien van de afstand. En in dat geval is mijn trainingsaanpak ideaal.
Vanavond staat een duurloop met wandelpauzes op het programma. Dat wordt water meenemen, want koel zal het niet zijn. Dit is het plan:
- 10 minuten inlopen (ca. 1500 m)
- 10 keer 1600 m hardlopen op laag tempo, telkens gevolgd door 200 m wandelpauze
- uitlopen naar behoefte
Ik verwacht dat er niet veel behoefte zal zijn om extra uit te lopen en dat het geheel ruim 2 uur in beslag zal nemen. Doe daar een kwartier bij en ik heb de afstand van de Bredase Singelloop afgelegd.
Dat komt dus wel goed op 3 oktober, zolang ik mijn hoofd koel kan houden.